De zelfrijdende auto komt eraan. Daarmee wordt het laatste bastion waar we nog min of meer onbespied onszelf kunnen zijn geslecht. Wat kunnen we doen om deze digitale annexatie van het individu en onze persoonlijke omgeving te stoppen? We hebben toch nauwelijks invloed op wat er in Silicon Valley gebeurt? Dat kon nog wel eens meevallen. We hebben namelijk wel verstand van alle technieken die op dit gebied een rol spelen. Het wordt tijd die kennis te mobiliseren.
Is dit erg? ‘Ik heb niets te verbergen’, hoor ik veel en vaak. Maar als we niet oppassen hebben we straks ook niets meer te zeggen. Dan bepalen algoritmen wat we mogen, moeten, krijgen, mogen hebben, mogen houden, en misschien wel het allerergste: wat we mogen zeggen!
Alles online
Op Facebook doen we verslag van ons hele hebben en houden. Via Google zoeken we naar voor ons nog onbekende informatie die we mede te zien krijgen in door anderen betaalde resultaten. Die koppeling van zoekresultaten aan betaalde advertenties is door Google overigens tot een onwaarschijnlijke geldmachine gemaakt. Via iCloud, OneCloud en Dropbox slaan we onze data buiten ons eigen huis en territoir op. Via YouTube en Netflix heffen we langzaam de aan eigen cultuur gekoppelde publieke omroep op. Echt doorbreken in de muziekwereld kan bijna alleen nog maar via de kongsi van iTunes en Spotify. De muziekcomponist staat helemaal achterin de rij om magere inkomsten te verwerven.
Via Nest en AirBnB wordt nu ook ons huis en de letterlijke en straks (door het verzamelen en analyseren van Big Data) figuurlijke warmte gemeten. Uber presenteert zich als het intermediair voor alle toekomstige logistieke vragen voor zowel personen als goederen. Door middel van bijvoorbeeld Runkeeper en allerlei smart watches, met erbij horende gezondheidsapps, delen we nu al heel veel (gezondheids)informatie en via RFID chips in kleding, voedselverpakkingen en tracking-devices geven we weer andere aan onze gezondheid gerelateerde informatie weg.